Wonen is een basisrecht. Dat recht staat zwaar onder druk. Er is nood aan een sociaal en betaalbaar woonbeleid.
Op 9 juni kiezen we een nieuwe Vlaamse regering. Het resultaat van deze verkiezingen kan een grote invloed hebben op het woonbeleid.
De Gentse Wooncoalitie lanceert een stemwijzer om kiezers te informeren over de positie van de verschillende politieke partijen tegenover betaalbaar en sociaal wonen.
Klik hieronder op een eis om de standpunten van de partijen te lezen.
DE STELLINGEN
Een kwart miljoen huishoudens heeft recht op een sociale huurwoning maar heeft daar geen perspectief op. Het afgelopen decennium kwamen er gemiddeld maar 2.000 sociale woningen per jaar bij en de jongste jaren zelfs maar een paar honderd. Tegelijk stellen we in hetzelfde decennium een toename van gemiddeld 4.000 kandidaat-huurders per jaar vast. Terwijl er in elke Vlaamse gemeente lange wachtlijsten zijn, blijkt de nood in steden nog groter dan in de rest van Vlaanderen.
Lees hieronder de mening van de partijen.
Score = volledig akkoord
“Groen is het eens met deze stelling, al ligt ons voorgestelde groeipad iets anders: We werken de wachtlijsten weg in Brussel en Vlaanderen en verzekeren zo het recht op wonen voor iedereen. In Vlaanderen gaan we van zes naar twaalf procent in 2040. Dat zijn 200.000 extra klimaatneutrale en gezonde huurwoningen aan verlaagd tarief. We geloven dat dit mogelijk is mits de juiste ondersteuning.”
Score = volledig akkoord
“Op dit moment staan er bijna 180.00 gezinnen op de wachtlijst voor een sociale woning. Meer dan er effectief een sociale woning hebben.Daarom wil de PVDA volop investeren in de bouw en renovatie van sociale woningen. We tekenen, op basis van de woonnood, voor elke gemeente een groeipad uit. Voor centrumsteden, waar de woonnood het allerhoogst is, leggen we de lat op minstens 20%. Voor andere gemeenten op 10%”
Score = volledig akkoord
“We voorzien een noodprogramma dat leidt tot 115.000 extra sociale huurwoningen tegen 2050.”
Score = volledig akkoord
“Cd&v wil inzetten op de versnelde bouw van sociale woningen om de wachtlijst aan te pakken. We zijn daarbij voorstander van een nieuw en ambitieus Bindend Sociaal Objectief (Doel per gemeente qua aantal sociale woningen). Dit moet echter wel rekening houden met de specificiteit (stad/platteland, grootte, bereikbaarheid, …) van elke gemeente, in plaats van algemeen en overkoepelend bepaald te worden. In ons woonplan hebben we een traject voorgesteld om de komende legislatuur 7,5% van de nieuwbouwwoningen als sociale woning te realiseren. In de daaropvolgende legislatuur willen we dit optrekken tot 10%. Dit zijn ambitieuze, maar realistische cijfers, vertrekkend van de +- 6% sociale woningen die er vandaag zijn op de totale woningmarkt. Via het pad van 7,5% naar 10% sociale woningrealisaties kunnen we 50.000 bijkomende sociale en betaalbare woningen realiseren tegen 2034.”
Score = niet akkoord
“Het Vlaams Belang is voorstander van kleinschalige sociale huisvestingsprojecten, alsook van gemengde bouwprojecten met private en sociale woningen. Een gerichte samenwerking met en stimuli voor de bouwsector voor de realisatie van sociale woningen en betaalbare huurwoningen zijn echter meer aangewezen dan quota die de bouwsector eenzijdig worden opgelegd.”Score = deels akkoord
“Het Vlaams Belang wil – in samenwerking met de bouwsector – de bouw en renovatie van sociale woningen versnellen. Het voorgestelde percentage komt echter neer op meer dan een verdubbeling van het aandeel van de sociale huisvesting. Dit lijkt ons weinig realistisch, ook rekening houdend met het feit dat het aandeel van eigenaars in dit land erg hoog is.”
Score = deels akkoord
“We moeten maatregelen nemen om het investeringsritme te verhogen en te versnellen, maar dit poneren als een bindende beleidsdoelstelling is niet geheel realistisch. Vandaag is het een realiteit dat er weinig gronden beschikbaar zijn. En sommige steden die al dichtbevolkt zijn, zoeken misschien extra gronden, de woonmaatschappijen ook, maar stoten op hun limieten. De beschikbaarheid van bouwgrond in het zeer dichtbevolkte Vlaanderen is beperkt, terwijl open ruimte bewaren terecht aan belang wint, er gezinsverdunning optreedt en het geen sinecure is om een omgevingsvergunning te krijgen, zeker voor sociale woningen.
Er zijn stappen gezet deze legislatuur (e.g. geconventioneerde huur, enkele versoepelingen in de procedures voor woonmaatschappijen bij nieuwe projecten, de fusies), maar het moet efficiënter: de sociale huisvestingssector moet zich heruitvinden.
Woonmaatschappijen moeten minstens tijdelijk versterkt worden
- voor het inhalen van de vertraging van laatste hervormingsjaren. Ze kregen er extra taken bij en dat zal enkel toenemen (activering, taalvereiste,…). Het Steunpunt Wonen beveelt ook aan om extra personeel aan te stellen voor actieve prospectie naar gronden en panden, coördinatie van complexe projecten, of kosten voor de organisatie van buurtactiviteiten (die van belang zijn om draagvlak te creëren of te behouden).
De Vlaamse overheid moet vooral zorgen voor:
- regelgevende soberheid, om een crisis in sociaal en -breder- betaalbaar wonen te voorkomen. We moeten echt gaan naar deregulering, binnen sociale huisvesting en binnen omgevingsvergunningenbeleid.
- Specifiek voor de versnelling van sociale huisvesting betekent dat dat er veel meer autonomie moet zijn voor woonmaatschappijen bij de programmatie van hun projecten en veel minder controle vanuit Vlaanderen. Nu moet een woonmaatschappij elk project indienen ter controle bij Wonen in Vlaanderen, die dan het project controleert aan de hand van de zogenaamde simulatietabel. In die simulatietabel staan de prijsplafonds per woning. Wat boven die plafonds ligt, moet een woonmaatschappij marktconform gaan lenen in plaats van gesubsidieerd. Dat leidt tot nodeloze complexiteit en vertraging.”
Score = niet akkoord
“Voor ons zijn sociale woningen bouwen geen doel op zich. Er is dus geen afgebakend percentage waar we willen naartoe werken. Het is wél een doel om iedereen die nood heeft en recht heeft op een sociale woning er één te voorzien. Maar hoe minder mensen nood hebben aan een sociale woning hoe beter. Dat betekent dat meer mensen zelf in hun woonbehoefte kunnen voorzien.
Onze Vlaamse woningmarkt is een van de meest stabiele en meest betaalbare van Europa. 72% van de Vlamingen zijn eigenaar van hun eigen woning, 20% kan terecht op de private markt en 6% huurt sociaal.
We willen niet evolueren naar een samenleving waar 20% of erger 40% (zoals in Gent geopperd wordt via het referendum) van de mensen afhankelijk is van de overheid voor zijn of haar woning.
Prioriteit nummer 1 blijft het bewaken van het feit dat zoveel als mogelijk Vlamingen eigenaar kunnen zijn van de eigen woonst.
Het is dus geen doelstelling op zich om zoveel als mogelijk sociale woningen te hebben. Het is wel de doelstelling om mensen die niet in hun eigen woonbehoefte kunnen voorzien te helpen door middel van een sociale woning.”
Grond is schaars en de grondvoorraad die we kunnen bestemmen voor wonen beperkt. Dat geldt des te meer voor sociale woonprojecten, waaraan de nood zo groot is. Elke opportuniteit voor het organiseren van meer sociaal wonen moet dan ook aangegrepen worden, in het bijzonder bij het aansnijden van nieuwe gronden of bij grotere sloop- en heropbouwprojecten.
Lees hieronder de mening van de partijen.
Score = volledig akkoord
“Wij noemen dit de sociale norm; het is geen last, maar een noodzakelijke solidariteit. We pleiten voor de herinvoering.”
Score = volledig akkoord
“Om voldoende sociale woningen te bouwen willen we met de PVDA ook beroep doen op projectontwikkerlaars. Tot 2013 moest elk groot bouwproject een vast aantal sociale woningen hebben. Wij voeren dat systeem dat toen sociale last heette opnieuw in. In elk nieuw groot project zal de ontwikkelaar zijn steen moeten bijdragen: een derde van de woningen moeten sociale woningen zijn en een derde betaalbare woningen.”
Score = volledig akkoord
“We verplichten private ontwikkelaars om een minimum aandeel van 25% betaalbare huurwoningen te voorzien in nieuwe projecten van een zekere omvang.”
Score = volledig akkoord
“We zijn voorstander van een nieuw en ambitieus Bindend Sociaal Objectief (Doel per gemeente qua aantal sociale woningen). Dit moet echter wel rekening houden met de specificiteit (stad/platteland, grootte, bereikbaarheid, …) van elke gemeente, in plaats van algemeen en overkoepelend bepaald te worden. Er moet eerst ook een grondige evaluatie gebeuren van het huidige BSO alvorens het nieuwe te bepalen.”
Score = niet akkoord
“Het Vlaams Belang is voorstander van kleinschalige sociale huisvestingsprojecten, alsook van gemengde bouwprojecten met private en sociale woningen. Een gerichte samenwerking met en stimuli voor de bouwsector voor de realisatie van sociale woningen en betaalbare huurwoningen zijn echter meer aangewezen dan quota die de bouwsector eenzijdig worden opgelegd.”
Score = niet akkoord
“Open Vld is een koele minnaar van de herinvoering van de sociale last. We merken dat aan de private actoren veel lasten worden opgelegd. Op het einde van de dag moet iemand dat betalen. Indien we zien wie het equivalent van de sociale last betaalt, merken we dat de kopers van die andere kavels dat moeten betalen. Wat we niet zien, dat zijn de woningen die om deze redenen niét meer gebouwd worden. De maatschappelijke bijdrage wordt met andere woorden doorgeschoven naar de woningenmarkt. De herinvoering van de sociale last mag niet tot gevolg hebben dat het aanbod wordt beperkt en de prijzen op de koopmarkt verhogen of dat er minder gebouwd wordt en dus ook minder aanbod komt. Daarom pleit Open Vld voor het uitbreiden van het systeem van de geconventioneerde huur, waarbij projectontwikkelaars sociale en betaalbare woningen bouwen.”
Score = niet akkoord
“Op dit moment kunnen lokale besturen een sociale last invoeren als zij dat opportuun vinden. We zijn daar onder de juiste omstandigheden en voorwaarden niet tegen.
Maar het is geen goed idee om dat Vlaanderen breed op te leggen. Je mag immers niet vergeten dat de kost van die sociale last doorgerekend wordt in de andere ontwikkelingen. Dat zorgt voor stijgende prijzen op de rest van de markt.
Een sociale last is in dat opzicht een marktverstorende maatregel voor de woningmarkt. Daar passen we voor.
Als elk privaat woningbouwproject ook sociale woningen moet voorzien, zal dit zorgen voor een prijsverhogend effect voor de andere woningen in het project. Een projectontwikkelaar rekent het rendementsverlies van de ene woning dan ook gewoon door in de andere woningen. En dat is dan weer nadelig voor doelgroepen zoals mensen met een bescheiden inkomen. Want voor hen zullen de prijzen alleen maar stijgen daardoor.
Overheidsingrepen moeten bijzonder doordacht zijn en de gevolgen moeten ook mee in rekening worden gebracht. De verschillende segmenten van de woningmarkt zijn communicerende vaten: ingrepen in het ene segment, hebben effect voor de andere segmenten.
Daarom dat wij kiezen voor een doordacht systeem van budgethuur: de ontwikkelaar krijgt een subsidie van 40% t.o.v. zijn markthuurprijs en 25% hiervan moet hij meteen doorvertalen in een lagere huurprijs. Een win-win voor beide partijen.”
Sociale huurders en kandidaat-huurders moeten de jongste jaren aan steeds meer voorwaarden voldoen, voorwaarden die bovendien losstaan van hun woonbehoefte. Op die manier vallen niet alleen steeds meer huishoudens uit de boot, maar ontstaat er ook een onnodig stigma op sociale huurders, kandidaat-huurders en op de hele sector. We hebben het onder meer over extra voorwaarden inzake taalkennis, activering, onverdeelde eigendom en de middelentoets.
HET VERSCHIL TUSSEN ARMEN- EN VOLKSHUISVESTING
Armenhuisvesting legt de nadruk op het voorzien van huisvesting voor de meest kwetsbaren, vaak met strikte voorwaarden en selectiecriteria, wat kan leiden tot stigma’s en exclusie. In tegenstelling hiermee streeft volkshuisvesting naar een meer inclusieve aanpak, waarbij huisvesting toegankelijk is voor een breder scala aan mensen, met minder strikte voorwaarden, en gericht op het bevorderen van diversiteit en inclusie.
OVER DE SCORE VAN VLAAMS BELANG
Volgens de stemtest van VRT legt Vlaams Belang nog extra voorwaarden op ten aanzien van specifieke groepen. In die zin zijn ze het – ondanks hun eigen score – niet eens met wooneis 3 die net minder voorwaarden wil bepleiten.
Dit zeggen de partijen:
Score = volledig akkoord
“De steeds strenger wordende voorwaarden en discriminatoire voorrangsregels voor (potentiële) sociale huurders schroeven we terug. Zo reduceren we de administratieve mallemolen voor huurders en woonmaatschappijen.
We zetten sociaal huren terug in een positief daglicht. De ministers van wonen dragen een grote verantwoordelijkheid in die perceptie, zowel in woorden als in daden. Stigmatiserende symboolpolitiek verwijzen we naar het verleden en we zetten in op echte vooruitgang. Kwaliteitsvolle woningen en buurten bepalen mee hoe mensen kijken naar sociale huisvesting. Meer betrokkenheid van bewoners biedt hiervoor kansen.
Bijkomende sociale huurwoningen hebben een voorbeeldfunctie op ruimtelijk, architecturaal en energetisch vlak. Ze zijn goed gelegen waardoor bewoners vlot gebruik kunnen maken van voorzieningen en openbaar vervoer. Ze passen binnen een stedenbouwkundig beleid dat garant staat voor een aangename woonomgeving met ruimte voor natuur en voorzieningen met een sociaal maatschappelijke functie zoals kinderopvang, scholen en wijkgezondheidscentra.”
Score = volledig akkoord
“De voorbije Vlaamse Regeringen, ondertussen al 10 jaar met een N-VA’er als minister van Wonen, creëerden schaarste op de sociale woningmarkt. In plaats van meer sociale woningen te creëren maakten ze sociale huur steeds meer voorwaardelijk en evolueerden we meer en meer richting armenhuisvesting. Voor de PVDA is sociale huisvesting iets anders dan ‘armenhuisvesting’. Wij willen een publiek woonaanbod creëren voor een veel bredere groep. Wij kiezen een voor publiek woonaanbod voor een grote(re) groep, met lage huurprijzen. Daarvoor werken we in twee stappen. In de eerste plaats breiden we het aanbod aan sociale woningen uit door in hoog tempo nieuwe sociale woningen te bouwen, maar ook door sneller leegstaande sociale woningen te renoveren. Daarna creëren we ook publieke woningen voor mensen met een hoger inkomen. Daarnaast schaffen we de asociale pestmaatregelen af en herstellen we de woonzekerheid van sociale huurders”
Score = volledig akkoord
“Er moet een einde worden gemaakt aan de tijdelijke contracten in de sociale huur. De dreiging om uit huis gezet te worden bij een stijgend inkomen, is enorm demotiverend voor sociale huurders die een baan zoeken of meer uren willen gaan werken. Wie hard werkt en meer gaat verdienen, betaalt meer huur en zo hoort het ook. Dit zorgt niet alleen voor meer motivatie bij de
huurder om aan de slag te gaan, maar ook voor een goede sociale mix in de wijken en meer huurinkomsten voor woonmaatschappijen die daardoor meer kunnen inzetten op begeleiding en onderhoud.”
Score = volledig akkoord
“Wie recht heeft op een sociale woning, moet erin terecht kunnen, met aandacht voor de meest kwetsbaren in onze samenleving. Uiteraard zijn er een aantal voorwaarden verbonden aan het recht op een sociale woning, maar we willen vooral inzetten op het verhogen van het bouwtempo en niet op een verdere verstrenging van de voorwaarden. Het aanbod moet omhoog. De helft van de kandidaat-sociaal huurders zijn alleenstaanden, 20% alleenstaande ouders. Voor hen betekent een sociale woning vaak het verschil. In afwachting van een sociale woning willen we de wachttijd voor een huurpremie verkorten van 4 naar 2 jaar.”
Score = volledig akkoord
“Het Vlaams Belang wil dat onze sociale huisvesting een echte ‘volkshuisvesting’ is, waar ook mensen met een bescheiden inkomen uit arbeid hun plaats hebben. Een gezonde sociale mix moet garant staan voor leefbare sociale woonwijken.”
Score = niet akkoord
“Een sociale woning is nooit een eindstation. Het is een trede in de ladder om hogerop te geraken. In het verleden werden er grote sociale woonwijken gebouwd. We willen van die sociale woonwijken activeringswijken maken: voor wie het kan, willen we inzetten op veel meer activering en doorstroom. Enerzijds doen we dit via positieve acties, namelijk inzetten op begeleiding vanuit de sociale woonwijken. Bijvoorbeeld door het voorzien van een werkwinkel in de wijk of door het opzetten van een (flexibel) kinderopvanginitiatief in de wijk. Anderzijds treden we streng op tegen wie de sociale woning ziet als een verworven recht en geen inspanningen doet om te gaan werken, door de huurprijs op te trekken indien men niet werkbereid is.”
Score = niet akkoord
“Solidariteit is tweerichtingsverkeer. Een sociale woning genereert een voordeel van €50.000 voor een contracttermijn van 9 jaar in vergelijking met een woning op de private huurmarkt. Uitgaande van gemiddelden van vandaag. Daar mag wel wat tegenover staan. De Vlaamse belastingbetaler mag dan ook een tegenprestatie verwachten en naast de rechten moeten er ook plichten geplaatst worden.
De N-VA past voor een beleid waarbij mensen levenslang in een door de maatschappij gefinancierde woning wonen, in plaats van hen vooruit te helpen, hen te emanciperen, op eigen benen te laten staan, Nederlands te laten leren en een job te laten vinden. Werken en Nederlands spreken is geen straf. Het helpt niet alleen de persoon in kwestie vooruit, maar komt ook nog eens de leefbaarheid van de sociale wijken ten goede.
Fraude en misbruik moeten eruit gefilterd worden. Daar hebben we de nodige instrumenten voor voorzien. Zo zijn er bijna 500 sociale huurders betrapt op een buitenlandse eigendom. Dat die mensen plaats maken voor een gezin dat er wél nood aan heeft, kan toch niemand tegen zijn?
Net door geen voorwaarden te stellen binnen de sociale huur, wordt armenhuisvesting in de hand gewerkt. Daar past de N-VA voor: voor wat, hoort wat.”
Een eerlijke toegang tot de private huurmarkt is soms ver weg. Niet de juiste naam? Niet de juiste gezinssamenstelling? Niet de juiste huidskleur? Niet het juiste inkomen? Een beperking? Op de private huurmarkt kan dat alles serieus in je nadeel spelen. Ook al mag op deze elementen niet geselecteerd worden door verhuurders en makelaars, in de praktijk gebeurt het toch, en dat ondanks vele initiatieven rond sensibilisering. Omdat ze zo vaak ongestraft wegkomen met discriminatie mogen we het gedoogbeleid ertegen niet langer tolereren.
Ook de huurwaarborg vormt voor veel Vlaamse huishoudens een stevige drempel tot de private huurmarkt. Veel alleenstaanden en gezinnen kunnen niet zomaar drie maanden huurwaarborg uit het niks tevoorschijn toveren, zeker niet op een moment dat ze ook de eerste maand huur moeten betalen en geconfronteerd worden met verhuiskosten. De huidige huurwaarborglening biedt voor te weinig huishoudens een oplossing.
HEBBEN PRAKTIJKSTESTEN EEN NUT?
In opdracht van de Stad Gent werden tussen juli 2022 en maart 2023 in totaal 2.663 praktijktesten uitgevoerd op de Gentse private huurmarkt. De testen tonen aan dat mensen met migratieachtergrond en rolstoelgebruikers duidelijk ongelijk behandeld worden, maar ook dat makelaars die in het verleden werden getest het beter doen dan nieuwe spelers.
ZETTEN PRAKTIJKTESTEN AAN TOT CRIMINALISERING?
Praktijktesten criminaliseren niet, ze bekijken objectief of een verhuurder discrimineert, hierdoor kan men de ‘rotte appels’ eruit halen. Wie niet discrimineert hoeft niet bang te zijn. De vrije keuze blijft overeind in een systeem van praktijktesten, maar wordt zoals elke vrije keuze begrensd door onze wetgeving.
Dit zeggen de partijen:
Score = volledig akkoord
“We tolereren geen discriminatie op de huurmarkt. De Vlaamse overheid moet inzetten op handhaving van de antidiscriminatiewetgeving door zelf praktijktesten te organiseren. Deze moeten willekeurig gebeuren, zowel bij makelaars als particuliere verhuurders en ongeacht of er eerder klachten werden gemeld. Discriminatie is een misdrijf en moet gesanctioneerd worden. Ook discriminatie van mensen met een laag inkomen moet worden aangepakt. Een centraal huurwaarborgfonds kan daarbij helpen. Mensen die met discriminatie geconfronteerd worden, moeten vlot toegang hebben tot ondersteuning.”
Score = volledig akkoord
“Mensen met een migratieachtergrond, personen met een handicap, alleenstaande ouders… allemaal hebben ze minder kansen op de huurmarkt. Dat bewijst studie na studie. En toch blijft het onbestraft. Wij pleiten voor proactieve praktijktsesten om de discriminatie op de huurmarkt te bestrijden en aanvaarden praktijktesten als bewijslast in rechtszaken.
Daarnaast brengen we de huurwaarborg waarborg terug van drie naar twee maanden huur. En richten een centraal huurwaarborgfonds op om kwetsbare huishoudens te ondersteunen bij het betalen van hun waarborg.”
Score = volledig akkoord
“Elke kandidaat-huurder die voldoende inkomen heeft en de gepaste gezinsgrootte, moet een eerlijke kans krijgen om een huurwoning te bezichtigen. Daarom voeren we praktijktesten in die het mogelijk maken om de discriminerende verhuurder individueel te sensibiliseren en bij herhaaldelijke overtredingen te bestraffen. Daarnaast maken we werk van een instrument dat de huurder beoordeelt op basis van objectieve parameters.
Hoe hoger de huurwaarborg, des te hoger de drempel om te huren. We brengen de huurwaarborg terug van 3 maanden naar 2 maanden huur. Zo maken we huren toegankelijker.”
Score = deels akkoord
“We zijn voorstander van praktijktesten om discriminatie op de huurmarkt tegen te gaan.”
Score = niet akkoord
“Het Vlaams Belang is tegen discriminatie, zowel positieve als negatieve. In een vrije samenleving staat het eenieder vrij om eigen persoonlijke keuzes te maken en dus ook om als eigenaar te kiezen aan wie zijn private eigendom wordt verhuurd. Het Vlaams Belang is dus tegen de invoering van praktijktesten voor het afsluiten van huurcontracten.”
Score = volledig akkoord
“Tegen discriminatie zullen we ons altijd verzetten. Met het nieuwe Vlaams Mensenrechteninstituut hebben we een nieuw slagkrachtig orgaan waar benadeelde burgers terecht kunnen. Verder financiert de Vlaams overheid binnen Plan Samenleven correspondentietesten. We zien dat zelfs sensibiliserende testen een positief effect hebben, dat moet blijven gebeuren.
Schaarste wekt discriminatie in de hand, aanboduitbreiding is dus ook voor een goede toegang tot de huurmarkt belangrijk.
Niet uitgenodigd worden voor een bezoek omdat je een andere naam en andere huiskleur hebt, dat is voor onze partij onaanvaardbaar. Praktijktesten mogen ingezet worden als op basis van statistische gegevens blijkt dat er een vermoeden bestaat dat er gediscrimineerd wordt. De bona fide huisbaas mag geenszins geviseerd worden.”
Score = niet akkoord
“Praktijktesten geven geen enkele garantie op een snellere toegang tot de huurmarkt. Bij praktijktesten weten we enkel iets over de eerste fase van het verhuurproces: nl. of dat iemand al dan niet werd uitgenodigd voor een bezichtiging. Maar van het verdere verloop van het verhuurproces, nl. of dat iemand al dan niet een huurcontract heeft gekregen, weten we niets.
En we zien ook dat verhuurders hun gedrag gaan aanpassen om de praktijktesten te omzeilen: ze nodigen potentiële huurders pro forma uit, om ze dan in een latere fase geen huurcontract aan te bieden. Daarmee bereik je niets.
Wat we willen is een langdurige gedragswijziging in de hoofden van mensen. Geen kortstondige tik op de vingers. En dat willen we bereiken via zelfregulering en sensibilisering. En dat is in geen geval een vrijgeleide want we geven hier de sector, die daarvoor het best geplaatst is, net de verantwoordelijkheid om de engagementen om te zetten in daadkracht. En dat doen ze ook.
Daarnaast moeten we er maximaal over waken dat verhuurders niet gaan afhaken, want we hebben hen broodnodig om voldoende aanbod te genereren op de private huurmarkt. Een heksenjacht openen op die verhuurders, zal het omgekeerde effect hebben.
Het Vlaams Woningfonds verstrekt huurwaarborgleningen opdat huurders hun waarborg zouden kunnen betalen bij het huren van een woning/appartement. Dergelijk fonds bestaat dus al.”
In de praktijk blijven er heel wat slechte woningen op de huurmarkt. Bewoners die daar iets willen aan doen, riskeren zelf de dupe te worden omdat ze dan hun woonplaats dreigen te verliezen zonder alternatief. Met het verplichte conformiteitsonderzoek willen we dit bestrijden. Want net zoals we ook onze wagens testen, moeten ook woningen en appartementen aan minimale kwaliteitsvereisten voldoen, voordat ze verhuurd mogen worden.
WAT IS EEN CONFORMITEITSONDERZOEK?
Tijdens een controle ter plaatse beoordeelt een woningcontroleur de kwaliteit van uw woning en ook de kwaliteit van het gebouw waarin uw woning zich bevindt (vb. bij een appartement, studio of kamer). De woningcontroleur controleert de woning op de kwaliteitseisen en doet dit aan de hand van het technisch verslag.
Lees hieronder de mening van de partijen.
Score = volledig akkoord
“Overheden leggen voor tal van producten minimale vereisten op voor veiligheid en energiezuinigheid. Denk maar aan lampen, wagens of koelkasten. Voor huurwoningen bepaalt de overheid ook minimale kwaliteitsvereisten die de veiligheid, energiezuinigheid en de kwaliteit van de binnenlucht ten goede komen. Verhuurders kunnen een conformiteitsattest aanvragen maar gemeenten kiezen zelf of ze dit verplicht maken. Vanuit de regionale overheid wil Groen het conformiteitsattest met een voldoende ruime aanloopperiode verplichten voor alle huurwoningen. De regie voor de gefaseerde invoering blijft in handen van de lokale overheden. De regionale overheid voorziet hen met de nodige instrumenten om te controleren, te ondersteunen en desnoods te sanctioneren. Onderverhuren via het SVK of de Woonmaatschappij wordt sterk aangemoedigd als een interessante manier om een conformiteitsattest te behalen. Als overgangsmaatregel kan aan woningen zonder conformiteitsattest een maximale huurprijs worden opgelegd.”
Score = volledig akkoord
“We versterken het conformiteitsattest en maken het verplicht bij de verhuring van een woning. Kleine verhuurders die het financieel moeilijk hebben om hun panden te renoveren en moderniseren, krijgen daarbij de nodige ondersteuning. We versterken het Vlaams agentschap Wonen en de woondiensten van de gemeente om elke huurwoning systematisch te controleren. Op die manier zorgen we ervoor dat alle huurders in een kwaliteitsvolle woning kunnen wonen.”
Score = volledig akkoord
“Elke huurder heeft recht op een kwaliteitsvolle woning. Daarom zorgen we voor een gefaseerde invoering van een verplicht conformiteitsattest voor alle private huurwoningen. Om meer kwaliteitscontroles te kunnen uitvoeren, verhogen we het aantal woningcontroleurs zodat beter en sneller kan worden opgetreden tegen krotverhuur.”
Score = deels akkoord
“Eigenaars die kleinschalig (maximum 1 woning) een energiezuinige woning verhuren, moeten een korting op de onroerende voorheffing krijgen.
Kleinschalige verhuurders moeten toegang hebben tot inkomensafhankelijke renovatiepremies om de kwaliteit en energetische prestaties van de private huurmarkt te verbeteren.”
Score = volledig akkoord
“Het Vlaams Belang is voorstander van een verplicht conformiteitsattest voor huurwoningen in Vlaanderen om de kwaliteit van woningen te garanderen en huisjesmelkerij uit te schakelen. Het Vlaams Belang erkent eveneens dat duurzaam en energiezuinig wonen belangrijk is en dat energetische inspanningen ondersteund moeten worden.”
Score = deels akkoord
“Het is belangrijk om de veiligheid en de kwaliteit van de huurwoningen te waarborgen. Het conformiteitsattest is daar een zeer nuttig instrument voor zowel de huurder (kwaliteit huurwoning) als de verhuurder (rechtszekerheid). Lokale besturen kunnen het conformiteitsattest ook verplichten. We moeten er evenwel voor blijven waken dat deze bijkomende administratieve last en eventuele kosten niet tot gevolg hebben dat de woningmarkt minder toegankelijk wordt gemaakt voor zowel de huurder als verhuurder.
Een verplicht conformiteitsattest op Vlaams niveau kan enkel ingevoerd worden als dat gepaard gaat met maatregelen die de administratieve last verlichten, zoals een vereenvoudigd aanvraagproces, langere geldigheidsduur van het attest en duidelijke haalbare normen die rekening houden met een diversiteit aan woningen.Om ook verhuurders aan te zetten tot renovatie, verhogen we hun Mijn Verbouwpremie indien ze onder een bepaalde huurprijs verhuren. Dat komt ook de huurder ten goede. We ondersteunen esco’s waarbij de burger de renovatiekost betaalt door middel van de energiebesparing die de investering oplevert. Zo kunnen ook burgers zonder voldoende spaarcenten renoveren.”
Esco = Energy service company. Een publieke of private organisatie die integrale energieoplossingen levert aan zijn klanten vnm.be/woordenboek/esco
Score = deels akkoord
“Steeds meer steden en gemeenten maken het conformiteitsattest verplicht bij verhuring. Mits voldaan aan de juiste randvoorwaarden (zoals voldoende woningcontroleurs) kan dit Vlaanderen breed worden toegepast.
Verhuurders/eigenaars kunnen beroep doen op de mijnverbouwlening op voorwaarde dat ze nadien de woning ter beschikking stellen van een woonmaatschappij of ze moeten een maximale huurprijs respecteren als ze de woning na renovatie zelf gaan verhuren. Verhuurders die verhuren via de woonmaatschappijen kunnen ook beroep doen op de mijnverbouwpremie.”
Woonzekerheid is cruciaal om rust te vinden in je woning, om je leven verder uit te bouwen en om je rechten als bewoner te kunnen afdwingen. Onzeker wonen zorgt voor stress, onduidelijkheid over de toekomst en brengt je in een machteloze positie als de verhuurder je rechten niet respecteert. Hoewel het van bij het begin van de Woninghuurwet de bedoeling was om negenjarige huurcontracten tot norm te maken, bleken huurcontracten van korte duur in de praktijk al snel de overhand te krijgen. Dat is er niet op gebeterd sinds het Woninghuurdecreet: volgens cijfers van de huurdersbonden is die trend sinds 2019 nog versterkt.
DE CONSEQUENTIES VAN HUURCONTRACTEN VAN KORTE DUUR
Huurcontracten van korte duur kunnen aanzienlijke gevolgen hebben. Bijvoorbeeld voor huurders die in woningen van slechte kwaliteit verblijven. Wanneer zij deze aankaarten, heeft de verhuurder bij dit type contracten meer flexibiliteit om het contract te ontbinden. Dit schept een ongelijke machtsverhouding tussen huurder en verhuurder, waarbij huurders die in ondermaatse omstandigheden wonen een verhoogd risico lopen om zonder passende woonalternatieven te worden achtergelaten. Het gebrek aan huurdersbescherming kan leiden tot onzekerheid en instabiliteit voor huurders, waardoor ze kwetsbaar worden voor misbruik en het negeren van hun recht op fatsoenlijke huisvesting.
Dit zeggen de partijen:
Score = volledig akkoord
“Kortlopende huurcontracten winnen steeds meer terrein in Vlaanderen en Brussel. Die zorgen voor minder woonzekerheid en bescherming voor huurders en drijven de huurprijzen op. Het Vlaams Woninghuurdecreet en de Brusselse Huisvestingscode moeten van 9-jarige huurovereenkomsten terug de norm maken. Kortlopende contracten blijven in sommige gevallen mogelijk zoals voor studentenhuisvesting of wanneer de eigenaar een tijdje naar het buitenland gaat.”
Score = volledig akkoord
“Een vast dak boven het hoofd is een cruciale factor om een stabiel leven uit te bouwen. Langdurige huurcontracten kunnen daar zeker toe bijdragen.”
Score = deels akkoord
“De standaardcontracten van lange duur bieden een belangrijke stabiliteit en bescherming, maar tegelijk dient enige flexibiliteit – evenzeer in het belang van de huurder – mogelijk te blijven.”
Score = niet akkoord
“We moeten blijvend inzetten op voldoende aanbod op de private huurmarkt. De kleinschalige private verhuurder is onze partner, die zelf de flexibiliteit moet hebben om de contractduur te bepalen binnen het huidige wetgevend kader. Dit om te vermijden dat nog meer private huurwoningen van de markt zouden verdwijnen bij een te rigide regelgeving. Om het aanbod te verhogen en dus ook de woonzekerheid, moeten we werk maken van regelluwte in plaats van bijkomende regelgeving te bepalen.”
Score = volledig akkoord
“Het Vlaams Belang vindt dat de toekenning van premies of tegemoetkomingen voor verhuurders moet gekoppeld worden aan de duurtijd van het huurcontract. Contracten met huurders die hun onderhoudsverplichtingen niet nakomen, moeten echter sneller ontbonden kunnen worden.”
Score = niet akkoord
“Het uitgangspunt van het in 2019 ingevoerde Vlaams Woninghuurdecreet bleef gehandhaafd, met name een contractuele duur van – in principe- negen jaar.
Inzake contracten met een beperkte duur innoveerde het Vlaamse Woninghuurdecreet door te voorzien in een opzeggingsmogelijkheid voor de huurder. Een tussentijdse opzeggingsmogelijkheid voor de verhuurder staat niet in de nieuwe regeling. Het contractueel opnemen ervan gaat in tegen de ratio legis en dient, zoals onder het stelsel van de Woninghuurwet, te worden afgewezen wegens strijdigheid met de dwingende bescherming van de huurder.
Volgens Open Vld zijn er dan ook voldoende mechanismen in voorhanden om de belangen van de huurder te beschermen met betrekking tot huurovereenkomsten van beperkte duur.”
Score = niet akkoord
“We hebben elke verhuurder broodnodig om voldoende aanbod te genereren op de private huurmarkt.
En we vragen al veel van die verhuurders: de woning moet voldoen aan de minimale woningkwaliteitsnormen, ze moet energiezuiniger en duurzamer worden,.. Als ze dan ook niet zelf mogen bepalen aan wie ze verhuren, hoeveel ze voor hun eigen woning mogen vragen en voor welke duurtijd.. gaan ze massaal afhaken en hun panden eerder gaan verkopen.
Dat is het omgekeerde wat we willen bereiken – we moeten zorgen dat we verhuurders maximaal aan boord houden.
Met elke inmenging op de private huurmarkt dient dan ook zeer omzichtig omgesprongen te worden. Contractvrijheid valt daar ook onder. Huurder en verhuurder moeten vrij kunnen kiezen onder welke voorwaarden ze een contract afsluiten. Contracten van korte duur bieden bovendien ook voor huurders de nodige voordelen en flexibiliteit (vb. jonge starters die op korte termijn een eigen woonst willen kopen).”
Er is geen algemeen tekort aan woningen, maar wel aan betaalbare en kwaliteitsvolle woningen. Heel wat alleenstaanden en gezinnen zijn tevergeefs op zoek naar een betaalbare private huurwoning bij gebrek aan voldoende sociale huurwoningen. Verhuurders behalen de hoogste rendementen op de kleinste en meest belabberde woningen. Het is onbegrijpelijk dat huurprijs en woonkwaliteit zo hard uit balans kunnen zijn.
De tijdelijke en zeer gedeeltelijke blokkering van de indexering tussen oktober 2022 en september 2023 toont aan dat een slimme bijsturing van de huurprijs kan werken.
HET BELANG VAN HUURPRIJSOBJECTIVERING EN HUURTOELAGES
De ‘huurschatter’, die vertrekt vanuit de marktwaarde en dus vanuit de rendementswens van de verhuurder, biedt kansen om huurprijzen te objectiveren. Een loutere objectivering (met een koppeling van de huurprijs aan de woonkwaliteit) is echter onvoldoende om de betaalbaarheid voor de bewoner te garanderen. In afwachting van de uitbreiding van het sociaal woningpatrimonium moet een huurprijsobjectivering gepaard gaan met een ruimere uitrol en automatische toekenning van huurtoelages.
DE REGISTRATIEVERPLICHTING
De registratieverplichting gaat om een databank van alle huurcontracten. Via deze databank hebben inistanties meer zicht op de prijzen. Hoewel de registratie van woninghuurcontracten een verhuurdersverplichting is, wordt deze echter niet opgevolgd. Dat stelt malafide verhuurders in staat om niet alleen slechte woningen te verhuren maar om die ook aan te hoge prijzen aan te bieden. De opvolging en sanctionering van die verplichting is dan ook een noodzakelijk accessorium van het Woninghuurdecreet en moet op Vlaams niveau georganiseerd worden. Zo kan Vlaanderen ook zelf essentiële kenmerken op de private huurmarkt monitoren.
Dit zeggen de partijen:
Score = volledig akkoord
“Op korte termijn versnellen en automatiseren we de toekenning van de bestaande huurpremie en -subsidie om de huidige non-take-up te voorkomen. Ongeveer de helft van de rechthebbenden loopt vandaag de huurpremie mis. Daarnaast lopen duizenden huurders de vermindering van de onroerende voorheffing mis. Net als bij huiseigenaars automatiseren we de toekenning hiervan zodat huurders ook altijd de korting krijgen waar ze recht op hebben.
We korten de wachttijd voor de Vlaamse huurpremie in. Vandaag moeten mensen die noodgedwongen op de duurdere private huurmarkt beroep doen 4 jaar wachten voor de premie. Een bredere toegang tot de huurpremie is niet enkel positief voor de huurder. Ook verhuurders hebben meer zekerheid op stabiele huurinkomsten. Om te vermijden dat verhuurders de gerichte inkomensondersteuning kunnen doorrekenen in een hogere huurprijs, hanteren we een huurprijsobjectivering die rekening houdt met de ligging en eigenschappen van de woning.
Een paritaire huurcommissie kan in navolging van Brussel ook in Vlaanderen worden opgericht om toe te zien op de betaalbaarheid van huurwoningen. Indien de huurprijs als buitensporig wordt gekwalificeerd en bemiddeling mislukt, kan de huurder bij de vrederechter een nieuwe huurprijs afdwingen.De geconventioneerde huur kan een interessant hulpmiddel zijn op de krappe huurmarkt, maar niet zoals de Vlaamse regering het de voorbije legislatuur invoerde. Ze versluizen meer dan een half miljard euro naar de private sector voor meer betaalbare huurwoningen die na een korte tijd weer uit het betaalbare of sociale circuit zullen verdwijnen. Wij vormen een systeem van geconventioneerde huur waarbij, wanneer een verhuurder beslist te verhuren aan een kandidaat-huurder die recht heeft op een huursubsidie of huurpremie, dit steunbedrag in mindering wordt gebracht op de huurprijs (bepaald op basis van geobjectiveerde richthuurprijzen) en onmiddellijk aan de verhuurder wordt uitbetaald. Zo krijgt de kandidaat-huurder huurkorting en meer kans op een huurwoning, terwijl de verhuurder meer zekerheid krijgt. We stimuleren ook bouwpromotoren om binnen dit systeem nieuwe woongelegenheden te realiseren en verhuren.
De private huurmarkt presteert vandaag het slechtst op het vlak van woonkwaliteit. Groen wil daarom een stapsgewijze verhoging van de ambitie voor de minimale energieprestaties voor huurwoningen in de Vlaamse Wooncode. Op korte termijn leggen we een maximale huurprijs vast voor woningen die energieverslindend zijn.”
Score = volledig akkoord
“Op dit moment zijn er geen regels over wat een verhuurder mag vragen. Zo komt het dat bijna de helft van de huurders meer dan een derde van het inkomen moet opzij zetten om de huur te betalen. In de centrumsteden houdt de helft van wie huurt te weinig over om menswaardig te kunnen leven. Werkende mensen huren zich zo arm. Daarom willen we de huurprijzen op de privémarkt begrenzen. We doen dat per wijk of gemeente en op objectieve criteria zoals comfort, energieverbruik, ligging en het aantal kamers. Alle verhuurders moeten zich aan die prijzen houden. Doet de verhuurder dat niet, dan kan de huurder naar de rechter stappen. Om het naleven van de vastgelegde prijs te controleren is ook een correcte registratie van alle huurcontracten nodig en bijgevolg een goede opvolging van die verplichting.”
Score = volledig akkoord
“Met de invoering van een ‘huurprijsrem’ worden verhuurders bij nieuwe contracten verplicht om hooguit de richthuurprijs volgens de Huurschatter te volgen, mits een beperkte marge. Door buitensporige huurprijzen af te toppen, zetten we een rem op de stijgende huurprijzen.
Als de verhuurder zijn energieverslindende woning niet wil renoveren, blijft de huurder achter met een hoge energiefactuur. We verbieden opnieuw om huurprijzen te indexeren van woningen met een EPC-label E of F en woningen zonder EPC-attest. Op termijn voegen we daar ook woningen met EPC-label D aan toe, in lijn met de energiedoelstellingen.
We pakken de hoge non-take-up van huurpremie en huursubsidie aan en herbekijken de maximale huurprijzen om in aanmerking te komen voor deze tegemoetkomingen.”
Score = volledig akkoord
“Qua huurtoelage: We pleiten voor de halvering van de wachttijd op de huurpremie van 4 naar 2 jaar voor wie op de wachtlijst staat voor een sociale woning.
Verder: Werken aan de betaalbaarheid van de private huurmarkt is zeer belangrijk. Van alle deelmarkten staat de private huurmarkt vandaag het hardst onder druk, mede door onevenwichten op de koop- en sociale huurmarkt. We moeten zorgen voor meer aanbod aan huurwoningen en de kleinschalige private verhuurder en huurder beter ondersteunen. De verhuurder onder andere door werk te maken van regelluwte, toegang tot energetische renovatiepremies en korting op de onroerende voorheffing bij verhuur van maximaal 1 energiezuinige woning. De huurder onder meer door het vervangen van het sociaal energietarief door de installatie van zonnepanelen waar mogelijk en de uitbreiding van de verzekering gewaarborgd wonen naar de private huurmarkt.”
Score = deels akkoord
“Het Vlaams Belang is voorstander van de opvolging van de registratieverplichting die de wettelijkheid ten goede zal komen. Wij zijn ook voorstander van een uitbreiding en automatische toekenning van de huurpremies (bv. direct bij erkenning als kandidaat-sociale huurder). Wij zijn ook voorstander van transparante huurprijzen, maar niet van maximum huurprijzen omdat hierdoor het aanbod van huurwoningen daalt (en koopwoningen stijgt), wat uiteindelijk huurders niet ten goede komt.”
Score = deels akkoord
“De beleidssporen rond kwaliteitsvoller en betaalbaarder wonen interageren met elkaar. Een opwaardering van de kwaliteit heeft immers een impact op het aanbod en de prijs. De laatste jaren doet er zich een wooncrisis voor aan het onderste segment van de private huurmarkt. Het tekort aan private huurwoningen speelt hierin een grote rol: verhuurders hebben immers de zekerheid dat hun pand verhuurd geraakt, ongeacht de kwaliteit ervan. De enige structurele oplossing om de koop- en huurmarkt betaalbaarder te maken, is meer aanbod creëren. We moeten daarom afstappen van de complexe regelgeving inzake omgevingsvergunningen.
Door in te zetten op energiebesparende investeringen voor huurwoningen met een beperkte verhuurprijs, bijvoorbeeld via MijnVerbouwPremie, zorgen we er voor dat huurwoningen energiezuiniger worden. Zo daalt ook de energiefactuur voor de huurders. Daarnaast willen we verder de huurpremie geleidelijk uitbreiden voor wie werkt.”
Score = deels akkoord
“De N-VA is voorstander van een betere opvolging van de registratie van huurcontracten, dat onder federale bevoegdheid valt (FOD Financiën). Hoewel de registratie verplicht is, is de boete bij non-registratie onbestaand, het handhavingsbeleid beperkt, en zien dus -potentieel- veel verhuurders af van de registratie. Nochtans zou een performant werkende huurcontractendatabank een erg relevante bron kunnen zijn voor het beleid. Niet enkel voor de monitoring van de private huurmarkt in zijn geheel, maar ook voor de automatische rechtentoekenning van de huurpremie of de huursubsidie is een alomvattend registratiesysteem noodzakelijk.
Daarnaast moet de non take-up van de huurpremies maximaal worden weggewerkt: zij die recht hebben op een premie, moeten die ook krijgen. Hiertoe werden deze legislatuur ook de nodige stappen gezet om de knelpunten weg te werken en de take-up te verhogen.
De huurschatter is een geschikt instrument dat op basis van objectieve parameters een schatting maakt van de gangbare huurprijs voor een bepaalde woning. Dit biedt verhuurders en huurders een houvast om de huurprijs vast te stellen of te beoordelen, maar het is geenszins verplicht. En dat wil N-VA ook zo behouden. We passen dus resoluut voor prijsregulering. Vrije prijssetting moet maximaal gevrijwaard worden.”
Naast het plaatsen van klimaatneutrale nieuwbouw, moet ook het bestaand woningpark aangepakt worden. De komende decennia zullen grootschalige renovaties zich opdringen om de doelstellingen in 2050 te halen. Door de grote ruimtelijke versnippering van onze woningen en door de veelheid aan individuele eigenaars in Vlaanderen wordt het niet evident om dit op een correcte, deugdelijke en betaalbare manier te organiseren.
De overheid zal nochtans actief werk moeten maken van een sociaal woonvernieuwingsbeleid. Daarbij moet de focus liggen op maximale ontzorging en ondersteuning van eigenaars-bewoners en verhuurders. Een buurtgerichte en zo collectief mogelijke aanpak draagt de voorkeur weg.
Lees hieronder de mening van de partijen.
Score = volledig akkoord
“Met een renovatiesprint wil Groen ervoor zorgen dat iedereen ten laatste tegen 2050 in een gezonde, fossielvrije en comfortabele woning leeft. Zo zorgen we voor een lagere energiefactuur, minder energie-armoede, minder uitstoot en geven we een boost aan onze economie en welvaart.
We schalen de renovatiesnelheid in Vlaanderen op tot 112.000 fossielvrije woningen per jaar. Dat is drie keer sneller en grondiger dan vandaag. We zorgen ervoor dat overheidssteun vooral terecht komt bij wie het nodig heeft: mensen met een risico op energiearmoede en lage- en middeninkomens die een grondige renovatie niet kunnen betalen. Waar mogelijk pakken we zoveel mogelijk woningen tegelijk aan.
Lokale besturen zijn het best geplaatst om deze renovatiegolf actief mee te realiseren. De gewestelijke overheid, die een sterk coördinerende rol op zich neemt, voorziet een uniform beleidskader, expertise en extra middelen voor de begeleidingskosten.
We maken werk van voldoende capaciteit in de bouwsector om de renovatiegolf te realiseren. We zorgen voor opleiding, herscholing en bijscholing zodat er voldoende geschoold technisch personeel is om de renovatiesprint te realiseren. We geven daarbij specifieke aandacht voor sensibilisering en vorming van vakmensen om beter in interactie te treden met kwetsbare mensen. We creëren opleidings- en omscholingslocaties voor bouwtechnische beroepen. Dat doen we in samenwerking met de bouw , sectorfederaties en VDAB/Actiris die voor een additionele instroom kunnen zorgen. Ook voor arbeidsmigranten biedt dit extra kansen”
Score = volledig akkoord
“Het renoveren van huizen is voor de PVDA prioriteit. En daarvoor is er inderdaad een sociale renovatiestrategie nodig. Wij stellen voor om, naar Duits model, een openbare bank de kosten voor isolatiewerken en energiebesparende renovaties voor te schieten aan iedereen die dat wil. De lening wordt op termijn afgeschreven met het geld dat door die werken op de energiefactuur wordt bespaard. We introduceren op die manier het “renovatierecht” in plaats van de renovatieplicht die nu bestaat. We moedigen renovaties per straat of per wijk aan. Daarvoor werken we samen met lokale actoren en private actoren zoals aannemers.”
Score = volledig akkoord
“We maken Vlaamse woningen collectief energiezuinig door Fluvius de renovatie (isolatie van daken, ramen, installatie van zonnepanelen) te laten organiseren en prefinancieren. De terugbetaling door de eindgebruiker gebeurt geleidelijk via de meter. We renoveren vanaf 2024 15 jaar lang jaarlijks 180.000 woningen. Zodat in 2040 alle Vlaamse woningen energiezuinig zijn.”
Score = deels akkoord
“We bepleiten een gericht en getrapt ondersteuningsaanbod op maat van ieders financiële draagkracht en de individuele nood aan ontzorging. Niet iedereen heeft immers nood aan evenveel (financiële) ondersteuning, maar ook de beschikbare middelen van de overheid zijn niet van die aard dat elke renovatie vooraf kan worden voorgeschoten.
We zetten het aanbod van de MijnVerbouwLening verder. Het maximaal te ontlenen bedrag moet minstens de kostprijs van een gemiddelde energetische renovatie kunnen dekken. We maken de MijnVerbouwLening opnieuw renteloos voor de laagste inkomenscategorieën. Voor de Mijn VerbouwPremie behouden we de huidige differentiatie tussen inkomenscategorieën: wie minder verdient, krijgt meer steun. De hoogte van de Mijn VerbouwPremies wordt geobjectiveerd door de terugverdientijden als leidraad te gebruiken, waarbij we mikken op een terugverdientijd van vijftien jaar voor laagste inkomens en twintig jaar voor middeninkomens.
Voor noodkopers – huishoudens die door een gebrek aan degelijke en betaalbare huurwoningen een kwalitatief minderwaardige woning aangekocht hebben, evenwel zonder de mogelijkheid er financiële middelen in te investeren om de woning op een goed kwaliteitsniveau te brengen, met onder meer hoge energiefacturen tot gevolg – stimuleren we renovaties door een traag rollend investeringsfonds, van waaruit de renovatiekosten van noodkoopwoningen volledig worden geprefinancierd, met een terugbetaling van de lening na latere overdracht van het pand.
Naast financiële drempels, zijn er ook heel wat andere hindernissen die mensen verhinderen om energetisch te renoveren. Veel mensen laten zich tegenhouden door de organisatorische of technische complexiteit. Of ze ervaren een gebrek aan kennis van het aanbod aan renovatiestimulerende instrumenten. Menselijke factoren zijn vaak nog belangrijker dan zuiver budgettaire overwegingen. Cruciaal voor het succes van renovatieprojecten zijn een zorgvuldige begeleiding en ontzorging, in het bijzonder bij kwetsbare doelgroepen. We willen in elke gemeente een woon- en energieloket voor eerstelijns renovatieadvies. Voor grondiger advies en begeleiding zijn er de Energiehuizen. We voorzien een groeiende ondersteuning voor hun werking en vergroten de bekendheid.”
Score = volledig akkoord
“De informatie van het energieprestatiecertificaat (EPC) kan en moet zeker gebruikt worden als basis voor een intensief en ambitieus renovatiebeleid dat prioritair inzet op energiezuinigheid van woningen die worden verhuurd aan mensen met een bescheiden inkomen.”
Score = volledig akkoord
“Wij geloven dat ontzorging bij renovatie heel veel in gang kan zetten. Je kan nu al voor renovatiebegeleiding terecht bij de vele lokale Energiehuizen in Vlaanderen, die helpen bij plannen, financiering maar ook contacten met de private sector (denk aan offertes etc.). Mede onder onze impuls werd ook de structurele financiering vanuit Vlaanderen voor deze Energiehuizen tot 2026 verhoogd: zo steeg de financiering van 4,9 miljoen euro in 2021 naar 29 miljoen euro in 2024. Wij hopen dat dit tot meer en betere renovaties leidt en dat we dit ook in de toekomst kunnen blijven bestendigen.
Die begeleiding is voor iedereen nodig, maar net zoals bij de Vlaamse MijnVerbouwPremie en MijnVerbouwLening zijn die Energiehuizen natuurlijk extra nodig voor de meest kwetsbaren (laagste doelgroepen). Voor de laagste inkomens wordt vanuit de Energiehuizen dan ook versterkte en geïntegreerde begeleiding voorzien vanaf dit jaar via de Mijn Verbouwbegeleiding. Dat past volgens ons onder de term van en sociale renovatiestrategie – vanuit Vlaanderen gestuurd en lokaal uitgevoerd en begeleid – die er wil voor zorgen dat iedereen mee is in de energietransitie.
Wij willen alleszins hierop verder bouwen en inzetten op deze zogenaamde renovatiemanagers die via raamcontracten bijvoorbeeld ook hele wijken (incl. sociale) onder handen kunnen nemen. Innovatieve businessmodellen zoals het Pandschap kunnen hier als inspiratie dienen.”
Score = deels akkoord
“De kwaliteit en de energetische prestatie van ons gebouwenpark moet omhoog. Het is onze taak als Vlaamse overheid om de Vlamingen te ondersteunen in deze renovatieopgave. Dit doen we ook met de Mijnverbouwpremie en de Mijnverbouwlening.
De lancering kende ook een overdonderend succes. De Mijnverbouwpremie kent ook een verhoogde tegemoetkoming voor de middelste en laagste inkomenscategorieën en komt op die manier tegemoet aan zij die er meer nood aan hebben.
Wat het renovatiebeleid betreft is het voor N-VA heel duidelijk: het moet haalbaar en betaalbaar zijn voor alle Vlamingen. Daarom werken we met een gradueel pad en een visie op de lange termijn. Het alternatief is dat Vlamingen massaal afhaken en het renovatiebeleid de rug toekeren. We passen dan ook voor doelstellingen die geen enkele realiteitszin hebben of die de welvaart van de Vlamingen volledig doorkruisen.”
België onderschreef de verklaring van Lissabon waarin de lidstaten zich organiseren om dak- en thuisloosheid op te lossen tegen 2030. Via een doorgedreven preventiebeleid om uithuiszettingen te voorkomen en via woongerichte oplossingen is die doelstelling geen utopie.
Zo bewijst de Y-foundation in Finland dat het aantal mensen in dak- en thuisloosheid sterk daalde dankzij de uitrol van hun Housing First aanpak. In Vlaanderen zijn er te weinig van deze initiatieven. De waardevolle organisaties die zich hierdoor wel laten inspireren, ondervinden moeilijkheden om hun schaal te vergroten. Tegelijk moeten ook de sociale verhuurders hun rol blijven spelen bij het huisvesten van deze doelgroep.
WAT IS EEN HOUSING FIRST-BENADERING?
Housing First betekent letterlijk wat je leest. Eerst een dak boven het hoofd! Dan de rest. Het is een methodiek die ingezet wordt als oplossing voor de meest kwetsbare daklozen. We schuiven onvoorwaardelijke huisvesting als basisrecht naar voor. Met Housing First wordt een ‘paradigmashift’ gemaakt in ons denken en handelen m.b.t. de problematiek van dak- en thuisloosheid. In het gangbare model dient de dakloze eerst een aantal stappen te doorlopen vooraleer hij ‘woonklaar’ is. Housing First gooit de logica om: huisvesting is de eerste stap en de toegang tot een woning is niet onderworpen aan bijkomende voorwaarden (buiten de voorwaarden die gelden voor alle huurders: de huur betalen en de voorwaarden van het huurcontract naleven). Het hebben van een vaste woning en de daarmee gepaard gaande privacy, rust en veiligheid, motiveert bewoners om hun woning te behouden en om aan andere problemen te werken.
Dit zeggen de partijen:
Score = volledig akkoord
“In 2021 ondertekenden de EU-landen een verklaring om tegen 2030 een einde te maken aan dak- en thuisloosheid. Het is de hoogste tijd om deze doelstelling om te zetten in concreet beleid want deel uitmaken van de samenleving start met een veilige plek voor jezelf en je dierbaren. Een structurele dataverzameling is noodzakelijk om gepast beleid te voeren. We zorgen ervoor dat alle mensen die op straat leven of dreigen te belanden snel en onvoorwaardelijk toegang kunnen hebben tot huisvesting dankzij een housing first strategie. Door te voorzien in de primaire behoeften zoals huisvesting kunnen die mensen zich focussen op de andere problemen die aan de basis liggen en zo langdurig de draad terug oppikken. Daarbij is een goede begeleiding noodzakelijk en voorzien we ook daarvoor in de nodige middelen. Samenwerking met andere beleidsdomeinen is onontbeerlijk. Snel (de)monteerbare units kunnen voor de nodige capaciteit zorgen. Om de pilootprojecten verder op te schalen, voorzien we vlottere procedures en actuele lijsten van mogelijke terreinen. Naast tijdelijke woonsten creëren we onder meer ook permanente, al dan niet collectieve, begeleide woonvormen voor personen die niet zelfstandig kunnen of willen wonen en die niet terecht kunnen in het aanbod van begeleid wonen. We erkennen de diversiteit aan woonbehoeften en houden hiermee rekening in het woonbeleid, want een echt thuis is een plek die bij je past.”
Score = volledig akkoord
“Ook dak- en thuisloze mensen hebben recht op een (sociale) woning. Daarom breiden we de nachtopvang uit. Niemand zou verplicht mogen zijn om op straat te slapen. Maar dat volstaat niet. Dak- en thuisloze mensen hebben een structurele oplossing nodig. Een stabiele woonsituatie. En om dat te garanderen zetten wij in op ‘Housing First’ projecten, waarbij de focus ligt op huisvesting. Eerst een stabiele woonsituatie en dán begeleiding. Dat is het principe. Een woonst is namelijk essentieel om toegang te krijgen tot andere rechten, zoals het recht op gezondheid, op waardigheid en op een privé- en familieleven.”
Score = volledig akkoord
“We pleiten voor een ambitieus plan inzake de uitbouw van Housing First met structurele financiering.
De nachtopvang is niet het hele jaar door beschikbaar en bezorgt veel dak- en thuislozen een onveilig gevoel. In afwachting van een voldoende groot aanbod aan Housing First-woningen, maken we daarom de omslag van winteropvang naar permanente nachtopvang en van grote slaapzalen naar individuele kamers. Deze opvanginitiatieven zijn zo veel als mogelijk aangepast
aan de doelgroepen. Hiertoe wordt een bovenlokale coördinatie en financiering voorzien.
We voorzien een structurele financiering voor periodieke tellingen van dak- en thuislozen, volgens eenzelfde methodiek. Zo kan de problematiek beter worden gemonitord en kunnen de beleidsmiddelen doelgerichter en effectiever worden ingezet.”
Score = volledig akkoord
“De overheid moet zorgen dat het recht op wonen van ieder wordt gerespecteerd en dat de woonnoden van de meest kwetsbaren worden ondersteund. Beschikken over een degelijke en veilige woning is noodzakelijk om een waardig leven uit te bouwen.
Het vroegtijdig identificeren van risicofactoren is cruciaal om tijdig de nodige ondersteuning en hulp te bieden voordat mensen dakloos worden. Innovatieve woonoplossingen voor mensen in dreigende dak- en thuisloosheid zijn essentieel, zoals de inzet op modulaire woningen of mobiele en herbruikbare woonvormen. Ook kan stedelijke leegstand ingezet worden voor betaalbaar en kwaliteitsvol wonen en dat in samenwerking met partners zoals het CAW. Een goed beleid tegen dak- en thuisloosheid moet echter veelzijdig zijn en ook inzetten op de onderliggende problemen die ertoe hebben geleid dat mensen dak- of thuisloos zijn geworden. Een sterk dak- en thuislozenbeleid moet dan ook de nodige bruggen leggen tussen de beleidsdomeinen Welzijn, Gezinsbeleid, Volksgezondheid en Wonen. Ook moet er extra aandacht zijn voor de ‘scharniermomenten’ in het leven die de kwetsbaarheid voor dak- en thuisloosheid verhogen. Eén op de vier dak- en thuislozen zijn minderjarig en vier op de tien jonger zijn dan 30 jaar. We willen extra inzetten op deze doelgroep om jonge mensen een goede start in het leven te geven.”
Score = volledig akkoord
“Het Vlaams Belang wil dat de dak- en thuisloosheid zo snel mogelijk wordt uitgeroeid. Een goede sociale bescherming voor onze mensen kan echter enkel gerealiseerd worden mits een kordate migratiestop.”
Score = volledig akkoord
“Dak- en thuisloosheid moet in eerste instantie vermeden worden door een integraal sociaal beleid. Zonder tussenschotten tussen werk, onderwijs, huisvesting enz. Lokale besturen, die het dichtst bij de burger staan, moeten verder versterkt worden om die rol op te nemen.
Ook verhuurders moeten bij betalingsproblemen meteen hun weg kunnen vinden naar het lokaal bestuur, om escalatie te voorkomen.
Er is nood aan meer nood- en doorstroomwoningen. Modulaire units zijn hier perfect voor geschikt. De regelgeving is toe aan herziening om meer ruimte te geven aan deze innovatieve woonoplossingen (bv. Wet Breyne).
Lokale besturen dienen finaal aangemoedigd te worden om een lokaal toewijzingsreglement op te stellen, waarbij ze aan specifieke doelgroepen voorrang kunnen verlenen bij de toewijzing van sociale woningen.”
Score = volledig akkoord
“Elke dak- en thuisloze is er een te veel, en het moet een ambitie zijn om dak- en thuisloosheid uit te roeien.
Vanuit het woonbeleid zijn er ook heel wat hefbomen om hier actief op in te zetten. Zo is er de jaarlijkse oproep noodwoningen voor steden en gemeenten, waarbij we vanuit Vlaanderen 50% van de kosten financieren. Op die manier zijn er al 586 extra noodwoningen gerealiseerd in Vlaanderen. De oproep van 2023 was specifiek gericht op de realisatie van woningen voor dak- en thuislozen.
Ook in het nieuwe toewijzingssysteem voor de sociale huisvesting zijn er verschillende instroommogelijkheden voor kandidaat-huurders die dak- en thuisloos zijn of dat dreigen te worden. Zo is er een vast jaarlijks contingent van 20 procent versnelde toewijzingen voorzien voor o.a. deze doelgroep. Daarnaast kunnen lokale besturen via het doelgroepenbeleid tot een derde van het lokaal patrimonium voorbehouden voor specifieke doelgroepen. Dit biedt een extra instroommogelijkheid voor dak- en thuislozen en voor trajecten Housing First of dak- en thuislozen.
Maar we mogen niet naïef zijn en denken dat een dak boven het hoofd de enige oplossing is. Het is een eerste stap van de oplossing, maar daarnaast moet er actief worden ingezet om de achterliggende welzijnsproblematiek (financieel, mentaal, verslaving, werkloosheid..) aan te pakken.”
Creëer een kader voor bouw- en woonexperimenten voor niet-winstgedreven ondernemers en partners, dat zorgt voor erkenning, transparante en een vlotte toegang tot de interne diensten. Ondersteun niet alleen ‘experimenten’, maar ook de opschaling ervan. Onderhandel (mee) met banken en fondsen om vlotter (pre)financiering los te weken.
Onderzoek ook systematisch de mogelijkheid om tijdelijke invulling te gebruiken in functie van opvang en/of wonen (met begeleiding). Doe dit zeker bij locaties die minimaal 2 jaar tijdelijk ingezet kunnen worden.
Zorg ervoor dat ‘huisdelen’ geen praktijk wordt waartoe mensen gedwongen worden (door te hoge huurprijzen en problemen op de huisvestingsmarkt). Maar maak het mogelijk/faciliteer het voor mensen die kiezen voor samenwonen. Maak onder andere het arrest van de arbeidsrechtbank (dat deze praktijk rechtvaardigt) mee ruim bekend. Het Arrest arbeidshof te Brussel van 2015 spreekt uit dat werkloosheidsvergoeding alleenstaande gewettigd is in specifiek geval van huisdelen.
Lees hieronder de mening van de partijen.
Score = volledig akkoord
“Mensen die collectief willen wonen, mogen daarin niet ontmoedigd worden door te veel regeltjes die geschreven zijn op maat van de klassieke gezinswoning. Collectief wonen is voor steeds meer mensen een goede formule om meer comfort te hebben voor een betaalbare prijs. Door meer te delen, krijgen we meer kwaliteitsvolle woningen op minder ruimte. Groen pleit daarom voor een specifiek juridisch kader voor de nieuwe woonvormen op basis van concrete bevindingen in regelluwe proefomgevingen. Deze definitie nemen we op in de wooncode en in de wetgeving zodat er voor iedereen duidelijkheid is wat kan, onder welke voorwaarden. We ontwikkelen een label collectief wonen voor projecten. Het label wekt vertrouwen bij officiële instanties. Met dit label kunnen mensen aparte adressen krijgen bij de gemeente en wordt men bij een sociale uitkering als alleenstaande beschouwd.
Een eenduidig juridisch kader voor de nieuwe woonvormen verhelpt niet enkel fiscale belemmeringen maar helpt ook financiële drempels wegnemen. We maken het eenvoudiger om leningen te krijgen voor de verwezenlijking en aankoop van nieuwe woonvormen zoals samenhuizen.”
Score = deels akkoord
“Alle mogelijke pistes om een betaalbaar woonaanbod te voorzien, zijn welkom. Zeker woonvormen die zorgen dat kwetsbare mensen een betere woonsituatie kunnen krijgen. We vinden het met de PVDA wel cruciaal dat afwijkingen van de gangbare kwaliteitsnormen nooit zorgen voor omwegen voor verhuurders om aan de woningkwaliteit te morrelen.
Daarnaast denken we dat de focus vooral moet liggen op het creëren van voldoende ‘regulier’ betaalbaar woonaanbod van koopwoningen huurwoningen én publieke woningen.”
Score = deels akkoord
“Het is belangrijk om mensen die interesse hebben om op een alternatieve manier te gaan wonen, ook duidelijkheid te kunnen geven over de rechten en plichten die verbonden zijn aan een bepaalde woonvorm. Vandaag ontbreekt duidelijke regelgeving. Wij zijn voorstander van duidelijke definities en heldere regelgeving, maar behoedzaam voor het afwijken van
kwaliteitsnormen.”
Score = volledig akkoord
“Er moet werk gemaakt worden van regelluwte en meer duidelijkheid rond nieuwe woonvormen. Er zijn vandaag te veel juridische hindernissen waardoor projecten verzanden. Nieuwe woonvormen moeten worden gefaciliteerd omdat ze mee het recht op wonen garanderen. Bovendien vinden mensen er naast een woning ook vaak nabijheid, verbinding en samenhorigheid. Daarnaast moet er werk worden gemaakt van specifieke regelluwe zones om nieuwe (proef)projecten alle kansen te geven.”
Score = volledig akkoord
“Het Vlaams Belang is van mening dat wettelijke belemmeringen voor alternatieve en innoverende woonconcepten moeten weggenomen worden, wat uiteraard een aanpak vereist die beleidsdomein- en bevoegdheidsoverschrijdend is.”
Score = volledig akkoord
“Onze wensen over hoe we willen wonen, worden vandaag ontmoedigd of niet toegelaten door de regelgeving. Kinderen die voor hun ouders willen zorgen, onbekende jongeren die willen samenwonen, een groep gepensioneerden die willen samenwonen in plaats van naar een woonzorgcentrum te gaan, mensen die hun woning willen delen,… Zij worden geconfronteerd met fiscale nadelen of komen in de problemen als iemand uitkeringsgerechtigd wordt. We werken de regelgevende drempels hierrond weg. Ouderen die samenwonen en zelf hun zorg organiseren moeten bijvoorbeeld zekerheid hebben over de terugbetaling van die zorg. Mensen die woningdelen moeten duidelijkheid hebben over hun bezit.We zetten ook in op modulaire woongelegenheden, zodat woningen uitgebreid of verkleind kunnen worden naargelang de gezinssamenstelling en zodat ze aangepast kunnen worden om op latere leeftijd in te blijven wonen. We versoepelen bijvoorbeeld ook de regels rond containerwoningen om familieleden te huisvesten.”
Score = volledig akkoord
“De N-VA onderstreept het belang van alternatieve woonvormen. Dergelijk kader wordt dan ook aangereikt. In 2019 werd de proefomgeving experimentele woonvormen opgestart. Hierbij konden 28 projecten binnen een regelluw kader experimenteren met nieuwe woonvormen. De omgeving liep tot 2024 en werd eenmalig verlengd tot 2028 aangezien veel projecten nog in een opstartfase waren. Het doel van deze proefomgeving was en is om onderbouwde conclusies te verzamelen en te analyseren of het wenselijk en mogelijk is om de nieuwe concepten in de bestaande regelgeving in te passen, alsook om eventuele knelpunten weg te werken.”
DE WOONCOALITIE
Verschillende Gentse middenveldorganisaties en burgerbewegingen richtten eind 2021 de Gentse Wooncoalitie op, dat zich inzet voor betaalbaar en sociaal wonen en een rechtvaardig woonbeleid. Met de inbreng van burgers, organisaties en experts formuleerden ze 30 topprioriteiten. 6 hiervan werden vorig jaar actief aangepakt in samenwerking met de Stad Gent. Daarnaast organiseerden ze ook verschillende acties en voerden campagne rond de Gentse volksraadpleging.
VISIE
Wonen is terecht een grondrecht en een basisvoorwaarde voor een menswaardig bestaan. Gent zit in een diepe wooncrisis. De oplossing zal actie en samenwerking vereisen van alle sectoren, middenveldactoren en andere -oren op korte, middellange en lange termijn en op alle beleidsniveaus.
De wooncoalitie wil daaraan bijdragen door organisaties te verbinden op het niveau van constructieve beleidsbeïnvloeding rond opvang en kwaliteitsvol en betaalbaar wonen. We zeggen wat er goed is, waar er meer van nodig is en wat kan helpen. We zeggen ook wat niet goed is, onrechtvaardig of moet stoppen. We zijn een constructieve en kritische partner van het Lokaal Sociaal Beleid.
WERKING
De wooncoalitie verbindt rond het thema wonen. Maar dat is erg breed: van bakstenen, over grond, thuislozenzorg, bewoners van sociale woningen en hun noden, enzovoort.
Alle leden hebben hun eigen missie en visie, doelstellingen, waarden en focus. Soms vallen die samen met de eisen/werven van de wooncoalitie en dan zetten we er onze schouders en naam onder. Soms gaan leden zelf aan de slag en beperkt de wooncoalitie zich tot meehelpen en ondersteunen van communicatie. Soms hebben leden doelstellingen en acties die minder aansluiten bij de focus van de wooncoalitie en dan gaan ze er alleen mee aan de slag.
OVER DE STEMWIJZER WONEN
De eisen van deze stemwijzer zijn gebaseerd op de 9 eisen van de Woonzaak. We voegden er een 10de eis, over het belang van alternatieve woonvormen aan toe. Deze eis vertrekt uit de ’30 topprioriteiten – Recht op betaalbaar wonen en menswaardige opvang voor iedereen’, die de Gentse Wooncoalitie eind 2022 lanceerden. Op basis van deze eisen hebben we de partijen aangeschreven. Zij konden volledig, deels of niet akkoord gaan met de stellingen. Verder gaven ze ook duiding bij hun keuze. De volgorde van de partijen werd bepaald op basis van een optelling van de scores die werden gegeven bij het reageren op de eisen.
DOWNLOADS
Klik om de bestanden te downloaden.